Chemische agentia op de werkplek: risico’s herkennen en beheersen

Veel mensen denken bij chemische risico’s aan laboratoria of zware industrie, maar chemische agentia komen in bijna elk bedrijf voor. Reinigingsmiddelen, oplosmiddelen, verf, lijm, oliën of additieven — allemaal kunnen ze leiden tot gezondheidsklachten of milieuschade als ze niet goed worden beheerst. De Arbowet en de NEN 689 vormen samen de basis voor het veilig omgaan met chemische stoffen. Ze beschrijven hoe werkgevers blootstelling moeten beoordelen en hoe ze moeten aantonen dat werknemers binnen veilige grenzen werken.

 

Wat zijn chemische agentia?

De term chemische agentia verwijst naar alle stoffen of mengsels die door inademing, huidcontact of inslikken schade kunnen veroorzaken.

Het kan gaan om:

  • vluchtige organische stoffen zoals aceton of tolueen;
  • gassen en dampen zoals ammoniak of koolmonoxide;
  • stofvormige stoffen zoals metalen of kwarts;
  • vloeibare producten zoals reinigers, lijmen of coatings.

Chemische agentia kunnen acuut giftig zijn (bijv. bijtend of brandgevaarlijk) of chronische effecten veroorzaken, zoals allergieën, astma of orgaanschade.

 

Inventarisatie van risico’s

De eerste stap in het beheersen van chemische agentia is het uitvoeren van een Risico-Inventarisatie en -Evaluatie (RI&E).

Daarbij worden alle stoffen in kaart gebracht die op de werkplek worden gebruikt of ontstaan tijdens processen.

Belangrijke onderdelen zijn:

  1. Verzamelen van veiligheidsinformatiebladen (SDS’en);
  2. Beoordelen van blootstellingsroutes (inhalatie, huidcontact, inslikken);
  3. Identificeren van taken met verhoogd risico;
  4. Controleren van bestaande maatregelen (ventilatie, persoonlijke bescherming, opslag).

Als de aard van de werkzaamheden daartoe aanleiding geeft, is een blootstellingsmeting volgens NEN 689 noodzakelijk om de feitelijke concentraties in de lucht vast te stellen.

 

Meten volgens NEN 689

De NEN 689 beschrijft hoe blootstelling aan chemische stoffen wordt beoordeeld.

De metingen worden representatief uitgevoerd bij medewerkers die kenmerkend werk verrichten binnen een homogene blootstellingsgroep (HBG).

De meetstrategie omvat:

  • Persoonlijke bemonstering met luchtpompen en filters of sorptiebuisjes;
  • Analyse door een geaccrediteerd laboratorium (ISO/IEC 17025);
  • Beoordeling van de resultaten aan de hand van de wettelijke grenswaarden (TGG-8u of korte-termijnlimieten).

De deskundige beoordeelt vervolgens of de blootstelling onder de grenswaarden blijft en of aanvullende maatregelen nodig zijn.

 

Beheersmaatregelen

De arbeidshygiënische strategie vormt het uitgangspunt bij het beperken van blootstelling aan chemische agentia:

  1. Bronaanpak – vervang gevaarlijke stoffen door minder schadelijke alternatieven;
  2. Technische maatregelen – pas afzuiging, ventilatie of gesloten systemen toe;
  3. Organisatorische maatregelen – beperk blootstellingstijd of stel werkprocedures op;
  4. Persoonlijke bescherming – gebruik ademhalings-, hand- en oogbescherming.

Daarnaast zijn goede opslag, etikettering en voorlichting aan medewerkers verplicht.

 

Van meten naar verbeteren

Een meting is geen eindpunt, maar een startpunt voor verbetering.

Op basis van de resultaten kunnen processen worden aangepast, ventilatie worden verbeterd of instructies worden aangescherpt.

Door periodiek te evalueren blijft het veiligheidsniveau op peil en voldoe je aan de Arbowet en de Regeling gevaarlijke stoffen.

 

Conclusie

Chemische agentia zijn op veel werkplekken aanwezig, vaak zonder dat men het beseft.

Een systematische aanpak volgens NEN 689 en de arbeidshygiënische strategie voorkomt gezondheidsrisico’s en draagt bij aan een veilige, duurzame werkomgeving.

Wie regelmatig meet en evalueert, voldoet niet alleen aan de wet, maar zorgt ook voor gezonde medewerkers.

Strooming: Binnengewoon goed!

Bent u benieuwd naar de mogelijkheden die wij u kunnen bieden? Vraag dan een vrijblijvende offerte aan via onze offertebutton.

Snel
Professioneel
Vriendelijk